Aalscholver
Aalscholver
De aalscholver zie je vaak hoog op een lantaarnpaal zitten met gespreide vleugels. Op die manier drogen ze hun vleugels. Een gitzwarte vogel met een lange snavel die een uitstekende visvanger is.
Direct naar de informatie die je zoekt:
- het uiterlijk van de aalscholver
- wat eet de aalscholver en hoe komt hij aan zijn eten
- broedseizoen
- typisch voor een aalscholver
- help de aalscholver
- wet- en regelgeving
- waar komt de aalscholver voor?
Uiterlijk van de aalscholver
De aalscholver is een grote vogel die tot wel 1 meter lang kan worden. Zijn spanwijdte kan oplopen tot bijna 1,5 meter. Zijn donkere verendek in combinatie met die lange snavel waar een haak aan zit, maakt dat het een indrukwekkende vogel is als je hem van dichtbij ziet.
Als je de veren van dichtbij bekijkt, zie je dat ze donkergroen zijn voorzien van een zwart randje. In het voorjaar krijgt de aalscholver witte veren op zijn wangen, dijen en in de nek. De keel kleurt dan geel. Die kleuren verdwijnen weer na het broedseizoen.
Wat eet de aalscholver en hoe komt hij aan zijn voer?
De aalscholver eet zo’n 500 gram vis per dag. Hij jaagt op alle soorten vis die hij maar kan vinden. Tijdens de broedperiode vangt een aalscholver zo’n kilo vis per dag om zichzelf en zijn jongen te voeden.
Het is een uitstekende duiker. Daar waar de meeste watervogels een goed drijfvermogen hebben, wordt de aalscholver echt drijfnat als hij het water in duikt. Hierdoor wordt hij zwaar en kan hij diep in het water komen en langere tijd achter zijn prooi aan zwemmen.
Eenmaal uit het water vliegt hij naar een veilige hogere plek waar hij zijn vleugels laat drogen aan de lucht en zon.
Broedseizoen
De aalscholver kent een lang broedseizoen: deze begint vaak al in december en gaat door tot in juni. Vaak broeden ze in kolonies in de buurt van visrijk water. Hoog in bomen maar soms ook op de grond. Bomen hebben vaak te lijden van grotere broedkolonies door alle uitwerpselen.
Het vrouwtje wordt aangetrokken door de witte veren op de dijen van het mannetje. Een vrouwtje legt 3 tot 4 eieren per keer (2e leg rond april/mei, vaak wat minder eieren). Het duurt zo’n 27-31 dagen voordat de eieren uitkomen en daarna nog zo’n 50 dagen voordat de jongen uitvliegen.
Beide ouders voeden de jongen. Ze braken hierbij de halfverteerde resten vis op.
Typisch een aalscholver
De aalscholver wordt ook wel een scholver, scholverd, waterraaf, koolgans of schollevaar genoegd. Schollevaar is niet alleen een ander woord maar ook een anagram.
Spanwijdte: 1,5 meter
Gewicht: tussen de 2,5 en 3,5 kilo
Lengte: 1 meter
Nestgedrag: nestblijver
Winter: standvogel. Alleen bij hele koude winters vertrekt de aalscholver richting het zuiden tot aan Middellandse Zee.
Help de aalscholver
De aalscholver is een goede visser die niet geholpen hoeft te worden. Hij heeft vooral last van een slechte kwaliteit van het water waar vissen door overlijden. Soms laait een discussie op van vissers: de aalscholver is een gedegen concurrent qua visvangst.
Wet en regelgeving
De aalscholver is een beschermde inheemse diersoort.
Waar komt de aalscholver voor?
De aalscholver komt voor waar er vis te vinden is, zowel bij zout als zoetwater. We zien hem steeds vaker bij sloten in het binnenland.